De aandacht voor de Aziatische hoornaar neemt toe en de provincie Zuid-Holland ontvangt meer vragen over de aanpak van deze invasieve exoot. De Aziatische hoornaar, die kleiner is dan de Europese hoornaar, is actief van april tot november, met een piek in augustus en oktober. Er is ook een stijging in het aantal meldingen, maar vooralsnog lukt het de provincie om hier adequaat op te reageren.
Wij zetten ons in op het bestrijden van de Aziatische hoornaar om onze inheemse biodiversiteit te beschermen. De Aziatische hoornaar is schadelijk voor hommelsoorten en andere vliegende insecten en heeft een effect op de bedrijfs- en hobbymatig gehouden honingbijen. Daarnaast is de Aziatische hoornaar gevaarlijk voor mensen met een allergie voor bijen- en wespensteken. Omdat Aziatische hoornaars zich zelden tot nooit aangetrokken voelen tot menselijke zoetigheden, is de kans om door een hoornaar gestoken gelukkig aanzienlijk kleiner dan bij limonadewespen. De zomernesten van Aziatische hoornaars hangen meestal hoog in de boom, buiten bereik van menselijke activiteiten.
Onze strategie is om zoveel mogelijk nesten van de Aziatische hoornaar weg te halen en wij vragen inwoners dan ook om vooral een melding in www.waarnemingen.nl te maken als ze een (nest) Aziatische hoornaars signaleren. Wij zijn blij met de inzet van vrijwilligers die hun steentje bijdragen als het gaat om de opsporing van de nesten. Dit helpt ons bij de aanpak van deze invasieve exoot.
Wij houden de situatie nauwlettend in de gaten en hebben overleg met andere provincies om te bepalen welke strategie we volgend jaar nodig hebben.
Verspreiding in Zuid-Holland
Damherten komen in Zuid-Holland voornamelijk voor in en rond het duingebied tussen Den Haag en Noordwijk waar ze zich in de jaren ’80 en ’90 van de vorige eeuw hebben gevestigd door uitzetting en ontsnapping. In de Hoeksche Waard en bij Nieuwkoop komen verwilderde damherten voor. Hier gaat het om gehouden dieren die zijn ontsnapt.
Beheer van damherten
Het damhert heeft een breed voedselspectrum; naast knoppen van houtige gewassen en kruiden kan het damhert goed overleven op grassen. Door de sterke populatietoename is schade ontstaan aan de natuur (zoals in de Amsterdamse Waterleiding Duinen) en overlast voor verkeersveiligheid, schade aan landbouwgewassen en schade aan de natuur. De provincie neemt diverse maatregelen om schade en ongelukken te voorkomen. Denk aan rasters en wildspiegels om te voorkomen dat de dieren een weg oversteken of door de snelheid te verlagen. Als dat echt niet anders kan wordt beheer uitgevoerd. Jagers en beheerders van natuurterreinen voeren het beheer uit op basis van een ontheffing.
Hoeksche Waard
In de omgeving van Numansdorp en Strijen loopt een groep verwilderde damherten rond. Deze zijn ontsnapt en horen van nature niet in het gebied thuis. De groep groeit en de verwachting is dat de herten zich steeds meer buiten het gebied gaan verspreiden en daarbij wegen oversteken. Daarmee neemt de kans op verkeersonveilige situaties toe. Daarnaast veroorzaken damherten ook schade aan landbouw- en andere gewassen. De provincie heeft daarom besloten de populatie tot nul terug te brengen. Langer wachten leidt in de toekomst tot grootschaliger ingrijpen.
Nieuwkoop
In polder Westveen bij de Nieuwkoopse Plassen zijn in 2008 zo’n 8 damherten ontsnapt van een particulier. Inmiddels is de groep toegenomen tot zo’n 25 dieren die verwilderd zijn. Zij horen niet in het gebied thuis en eten het zeldzame blauwgrasland op, een plantensoort die we hier juist graag verder willen ontwikkelen. Ook wordt de groep zo groot dat de verwachting is dat ze zich buiten het gebied gaan begeven, daarbij wegen oversteken en zo voor verkeersonveiligheid zorgen. De provincie en Natuurmonumenten willen de populatie daarom tot nul terug te brengen. Dat voorkomt in de toekomst meer dierenleed.
Beheerseizoen
Tussen 1 september en 31 maart. Daarbuiten is afschot mogelijk ter voorkoming van schade en risico’s en ter voorkoming van onnodig lijden.
Veelgestelde vragen over damherten
Bekijk de veelgestelde vragen over damherten.
Ganzen horen bij Zuid-Holland. De combinatie van natuurgebieden, landbouwgronden en water maakt dat onze provincie een aantrekkelijk leefgebied is voor deze watervogels. Het aantal ganzen in Zuid-Holland is de afgelopen jaren dan ook flink gegroeid. Soms leidt dat tot spanningen tussen mens en dier en dat roept ook vragen op. Hieronder de veelgestelde vragen over de gans in Zuid-Holland.
Toelichting van de provincie bij de uitspraak van de Raad van State van 15 mei 2019:
In Zuid-Holland zijn ruim 140.000 ganzen. Het gaat vooral om de grauwe gans, brandgans, nijlgans en Canadese gans. Voor een beter natuurlijk evenwicht zou het aantal ganzen 40.000 moeten zijn. De vele ganzen veroorzaken forse schade aan landbouwgewassen. Deels wordt die schade vergoed aan de boeren. Binnen natuurgebieden veroorzaken de ganzen schade aan jonge beplanting door vraat en vertrapping. Bovendien vervuilen de ganzen met hun ontlasting het oppervlaktewater zodanig dat er een exposieve groei van blauwalgen optreedt, waardoor op veel plaatsen de waterkwaliteit verslechtert en ook recreatief zwemmen onmogelijk wordt.
De provincie streeft naar een gezonde balans tussen populaties inheemse ganzensoorten enerzijds en een acceptabel niveau van schade en risico’s anderzijds. Dat betekent dat er op korte termijn beheersmaatregelen nodig zijn om het probleem niet nog verder uit de hand te laten lopen. Het terugdringen van de populaties ganzen gebeurt door afschot, maar het is ook nodig om op grote schaal eieren te rapen, lek te prikken of in te smeren met maïskiemolie, zodat ze niet uitkomen. Ook vangen en vervolgens doden met gas is daarbij een toelaatbaar middel, zo geeft de Raad van State nu aan.
Veelgestelde vragen over ganzen
Bekijk de veelgestelde vragen over ganzen.
De smient is welkom in Zuid-Holland. In diverse Natura 2000-gebieden geldt in de winterperiode een streng rust-regime ten behoeve van allerlei watervogels, waaronder de smient. En ook buiten de Natura 2000-gebieden kunnen de smienten terecht. Smienten veroorzaken schade aan agrarische gewassen, wat soms leidt tot hoge kosten voor agrarische ondernemers.
Veelgestelde vragen over smienten
Bekijk de veelgestelde vragen over smienten.
Boeren die vraatschade door zwanen ondervinden kunnen van 1 oktober tot en met 31 mei contact opnemen met jagers aangesloten bij de wildbeheereenheid, die onder voorwaarden maatregelen kunnen nemen.
Veelgestelde vragen over zwanen
Bekijk de veelgestelde vragen over zwanen.