De smient is welkom in Zuid-Holland. In diverse Natura 2000-gebieden geldt in de winterperiode een streng rust-regime ten behoeve van allerlei watervogels, waaronder de smient. En ook buiten de Natura 2000-gebieden kunnen de smienten terecht. Smienten veroorzaken schade aan agrarische gewassen, wat soms leidt tot hoge kosten voor agrarische ondernemers.
De smient komt vrij algemeen voor en is een echte trekvogel. De smient heeft haar broedgebied in het noorden van Europa, in een gebied dat zich uitstrekt van IJsland tot Siberië. Ons land is de plek waar veel smienten overwinteren. Na de winter trekken ze weer weg naar hun broedgebied. De smienten die in Nederland overwinteren, maken deel uit van de Oost-Atlantische trekroute. Deze trekroute-populatie bestaat in totaal uit ruim 1 miljoen smienten.
Een smient is een middelgrote soort eend. Het mannetje is fraai getekend met een roestbruine kop, het vrouwtje is minder opvallend. De smient maakt tijdens de vlucht een karakteristiek ‘fluitend’ geluid.
In Nederland verblijft in de winter gemiddeld 40-45% van de trekroute-populatie. Het aantal vogels in deze trekroute is toegenomen van rond de 750.000 exemplaren in de jaren ‘80 tot 1.3 – 1.5 miljoen in de jaren ’90. Na een stabiele periode is het aantal smienten rond het jaar 2010 weer wat afgenomen. Van de overwinterende smienten in Nederland verblijft een flink deel in Zuid-Holland. Enkele honderdduizenden exemplaren bezoeken iedere winter onze provincie.
Smienten foerageren soms in zeer grote groepen op agrarische percelen, bijvoorbeeld met gras of graan. Door die grote aantallen kunnen ze helaas ook aanzienlijke schade veroorzaken. Daarbij vreten smienten niet alleen het gewas zelf, maar soms ook de wortels van het gras weg, waardoor de boer extra maatregelen moet treffen om zijn perceel te herstellen. Boeren nemen diverse maatregelen om deze schade te voorkomen. Men plaatst wapperende vlaggen en linten of een knalapparaat. Ook kan een jager worden ingeschakeld om met het geweer de smienten te verjagen. Als de boer dit alles al heeft gedaan om de schade te voorkomen, en desondanks duurt de beschadiging voort, dan komt hij in aanmerking voor een tegemoetkoming in de schade. Deze schade wordt dan ook getaxeerd.
Op dit moment mag er niet gejaagd worden op smienten. Dat heeft de rechtbank in 2017 bepaald. De provincie is daartegen echter in hoger beroep gegaan en wil het beleid uitvoeren dat eerder door Provinciale Staten is vastgesteld:
Dat mag alleen ter voorkoming van schade én als andere maatregelen onvoldoende effect hebben. Het doden van smienten door middel van afschot met het geweer wordt niet ingezet als doel op zich om de populatie te verkleinen, maar is een middel om de verjaging kracht bij te zetten. Er is een limiet aan het aantal smienten dat ter voorkoming van schade mag worden gedood. Jaarlijks geldt er een quotum van 6.500 smienten. Door het hanteren van dit quotum, wordt ervoor gezorgd dat het afschot geen bedreiging is voor de staat van instandhouding van de smient.
De totale getaxeerde schade in Zuid-Holland varieert van enkele tienduizenden euro’s tot meer dan € 100 duizend per jaar. Dit is dus schade die optreedt ondanks dat er maatregelen worden getroffen om die schade te beperken.
De wet schrijft voor dat er een faunabeheerplan moet zijn voor iedere beschermde soort die bejaagd, beheerd of bestreden wordt. In het faunabeheerplan van de smient staat veel informatie over de soort, de schade die wordt veroorzaakt en de maatregelen die daartegen kunnen worden genomen. Ook staat er in het faunabeheerplan een limiet aan het aantal smienten dat ter voorkoming van schade mag worden gedood.