Landbouwverkeer

Waarom doen we dit?

Land- en (bos)bouwverkeer is belangrijk voor veel van onze inwoners en de economie. Omdat het vaak om grote voertuigen gaat, is het voor de verkeersveiligheid beter als dit type verkeer niet onnodig op smalle parallelwegen rijdt, maar gebruik maakt van de bredere provinciale wegen. Tegelijkertijd heeft het langzaam rijden van land- en (bos)bouwverkeer een negatief effect op de doorstroming van het andere verkeer.

Wat zijn de regels?

Tot begin 2024 hanteerden we de regel ‘nee, tenzij’: land- en (bos)bouwverkeer mag niet rijden op provinciale wegen, tenzij het niet anders kan (bijvoorbeeld omdat er geen goede alternatieve route is). Landelijk streven wegbeheerder nu naar ‘ja, tenzij’: land- en (bos)bouwverkeer mag wel rijden op provinciale wegen, tenzij het ten koste gaat van de doorstroming en verkeersveiligheid. Daarom hebben ook wij ons beleid hierop aangepast.

Hoe doen we dat?

De provincie heeft opnieuw gekeken naar alle provinciale wegen om te bepalen of land- en (bos)bouwverkeer er wel of niet gebruik van mag maken. Dit hebben we gedaan de hand van een ‘afwegingskader’. Het afwegingskader brengt alle relevante factoren in kaart (bijvoorbeeld: hoe breed is de weg, hoeveel verkeer rijdt er, is er een parallelweg etc.). De uitkomst ervan bepaalt of we wel of niet land- en (bos)bouwverkeer willen toestaan op deze specifieke weg.

Het vernieuwde afwegingskader hebben we in 2023 getoetst in regiosessies met gemeenten en een aparte sessie met (maatschappelijke) partijen zoals ANWB, Fietsersbond, VeiligVerkeerNederland, OV-bedrijven en de politie. Ook brancheorganisaties Cumela en LTO waren hierbij aanwezig. Een samenvatting van alle opmerkingen kun je lezen in de Reactienota. Je kunt deze opvragen via de contactgegevens op deze pagina onder 'Contact en informatie'.

Wat verandert er?

De uitkomst van dit onderzoek en de gesprekken is dat alle provinciale parallelwegen open blijven. Ook alle hoofdrijbanen die nu al open zijn voor landbouwverkeer, ongeveer de helft van het provinciale wegennet, blijven open. Daarnaast bleek op de volgende 7 nieuwe trajecten, samen ongeveer 20 km lang, de hoofdrijbaan geschikt te zijn om open te stellen voor landbouwverkeer:

• N231 tussen de kruising met de Dorpsstraat in Aarlanderveen en de kruising met de Kennedylaan in Nieuwkoop
• N231 tussen de kruising met de Industrieweg in Nieuwkoop en de kruising met de Schilkerweg bij Nieuwveen
• N231 tussen de kruising met de Schilkerweg bij Nieuwveen en de kruising met de Achterweg / Oude Spoorbaan bij Vrouwenakker
• N441 tussen de kruising met de Van Bronckhorstlaan in Wassenaar en de aansluiting van de parallelweg nabij Hotel Wassenaar
• N445 tussen de kruising met de N446 in Leiderdorp en de kruising met de Ripselaan bij Nieuwe Wetering
• N475 tussen de kruising met de Kerkweg / Heemraadsweg in Ouderkerk aan den IJssel en de kruising met de Kerkweg nabij de N210 / De Loet
• N476 tussen de kruising met de Randweg in Lekkerkerk en de kruising met de N210

In 2024 is het vernieuwde afwegingskader door het provinciebestuur vastgesteld. Voordat op de 7 plekken daadwerkelijk landbouwverkeer mag rijden, maakt de provincie nog dit jaar voor elk traject een verkeersbesluit. Daarna worden de verkeersborden aangepast en is vanaf dat moment landbouwverkeer op de hoofdrijbaan toegestaan.